Als men niet een tafel had gereserveerd voor de wat ‘sjiekere voorzaal’ dan liet mijn Oma Keasberry de mensen doorlopen naar de wat meer informele achterzaal, waar mijn andere Oma (Oma Dee Delhaye) de bediening deed.Zo was het dat ik als tiener vaak achter in het domein van mijn Oma Dee aan tafel N1 zat; de personeelstafel waar ik vaak mijn huiswerk deed. Er waren 10 tafels. De N stond voor ‘nieuw’. Tijdens de 3e verbouwing van het restaurant werd er een ‘nieuwe achterzaal’ bijgebouwd met een wat tropische ambiance; tafels onder pitrieten dakjes met lampen en wanden van bamboe. Er waren momenten dat het veel drukker in de achterzaal was dan in de voorzaal. Dit kwam doordat er veel mensen waren die niet gereserveerd hadden, of gewoon liever bij Oma Dee in de achterzaal zaten.
In de middag deed mijn Oma al het voorbereidend werk. Ik mocht helpen bij het verwijderen van het restant kaarsvet uit de kaarsenbakjes van de koperen rechauds, om deze vervolgens weer te vullen met nieuwe waxine lichtjes. Het gaat veel makkelijker als je het lontje aansteekt en het restant kaarsvet eerst wat doet smelten. Eén van de vele handige tips van Oma Dee. Samen tafels indekken: nieuwe kleden en placemats op tafel, servetten in een punthoed vouwen, bestek recht, etc. Als de achterzaal zo langzaam vol liep gedurende de avond zag ik mijn Oma druk van links naar rechts lopen om orders op te nemen, te bedienen en af te rekenen.
Op 14 jarige leeftijd begon daar mijn carriere, en liep ik achter haar aan om de tafels af te ruimen. Op een avond waren alle tafels bezet en wachtten mensen aan de bar op een tafel. De keuken kon het niet meer bijhouden en het resultaat was dat mensen langer moesten wachten op hun eten. Iedere keer als mijn Oma langs een tafel liep was het : ”mevrouw, waar blijft ons eten?” ”Komt eraan meneer, het is een beetje druk vanavond!”; antwoorde mijn Oma dan. Dat kan je maar een paar keer zeggen natuurlijk. ‘Tja.” zei mijn Oma dan tegen mij. “Moet je opletten, als eentje gaat klagen, komt de rest ook!” En ja hoor een andere hand ging omhoog: “mevrouw, mevrouw… !” En toen begon het. Gemoederen liepen op. Er was 1 gast die nogmaals om de aandacht van mijn Oma vroeg en haar naar zijn tafel liet komen en toen heel luid en met geirriteerde toon zei: “Mevrouw, waar blijf mijn eten? Ik heb al 1 uur gewacht op mijn eten!” Nou, dat wordt spannend dacht ik. De hele achterzaal was opeens stil. “Nee meneer dat is niet waar!”; antwoorde mijn Oma toen! Ik dacht nog, die durft. De man z’n wenkbrouwen nu gefronst en met een nog luidere stem; “Jawel mevrouw, ik heb 1 UUR gewacht!’ ”Nee, meneer dat is niet waar…, u heeft wel DRIE UREN gewacht!’ Het was kort even stil in de zaal en toen begonnen mensen te lachen en in de handen te klappen! Zelfs de man in kwestie, die eerst verbaasd keek, kon het niet laten een glimlach te vertonen. Eindelijk gerechtigheid en erkenning zal hij gedacht hebben. Om het goed te maken kreeg de man een kopje koffie van het huis aangeboden van Oma Dee.
Onder haar eigen cliënten stond Oma ook bekend als Tante Dee, en werd er vaak een speciale reservering gemaakt om bij haar gezellig in de achterzaal te dineren.
© 2012 Jeff Keasberry